Ideale(n) opdrachtgever(s)

30 jun 2020

Locatie

EMA
Domenico Scarlattilaan Vivaldigebouw, Amsterdam-Zuid
Nederland
NL
PENDULUM GIJS ASSMANN

 

Claudia Linders voor Stadscuratorium Amsterdam

foto Lard Buurman

https://stadscuratorium.nl/collectie/pendulum/

 

Ideale(n) opdrachtgever(s)

Wanneer fotograaf Lard Buurman in het vacuüm van de Corona lockdown de Dominecia Scarlattilaan betreedt om het zojuist opgeleverde werk Pendulum van Gijs Assmann te fotograferen, ligt het terrein van het Europees Medicijnagentschap, het EMA, er verlaten bij. De eerste foto’s zijn echter nog niet gemaakt, of er verschijnen plots verschillende bewakers die met veel misbaar melden dat het fotograferen van het gebouw niet toegestaan is. Dat het Lard Buurman niet om het gebouw gaat, maar om het kunstwerk van Gijs Assmann doet niet ter zake. Kunstwerk of gebouw, voor de veiligheidsdienst ter plekke is het eender.

Het werk van Assmann is het resultaat van de percentageregeling van het Rijksvastgoedbedrijf waarin afgesproken is dat de overheid een bedrag ter hoogte van een specifiek percentage van de bouwkosten van een gebouw aan beeldende kunst besteedt. Bij bouwkosten tot en met 7 miljoen euro is het kunstbudget 1,5%, een percentage wat afloopt wanneer de bouwkosten hoger zijn: 1% bij bouwkosten tot 10 miljoen en een half procent bij projecten die meer dan 10 miljoen kosten. De exacte bouwkosten van het gebouw voor het EMA zijn niet publiek bekend gemaakt maar de contractwaarde van het Design Build & Maintenance contract – waar dus ook de ontwikkeling van het gebouw en 20 jaar onderhoud onder vallen – kent een duizelingwekkend bedrag van 255 miljoen. Er kon dus wel wat aan de beeldende kunst besteed worden. Het werk van Assmann is dan ook niet het enige project: Leonard van Munsterontwierp een installatie voor de daktuin van het gebouw.

Het proces achter de ontwikkeling van het EMA gebouw is bijzonder. Nog voor dat op Europees niveau de verhuizing van het EMA van Londen naar Amsterdam beklonken was, startte het Rijksvastgoedbedrijf al met de aanbesteding van het kantoorgebouw. Alle haast was geboden om in een recordtijd een gebouw te realiseren zodat het agentschap voor de fatale termijn van de definitieve Brexit haar verhuizing naar Amsterdam in gang kon zetten. Het Rijksvastgoedbedrijf organiseerde – als eigenaar en verhuurder van het gebouw – een aanbesteding waarin de bouwer maximaal 20 maanden de tijd kreeg voor het gehele proces, van de uitwerking van het ontwerp, de vergunningsprocedure tot aan een gebruiksklaar gebouw. De Bouwcombinatie EMA, een samenwerkingsverband tussen Dura Vermeer en Heijmans, was uiteindelijk de enige bouwer die bereid was die uitdaging aan te gaan. 

Die uiterst ambitieuze planning was ook van toepassing op de kunstopdracht aan Gijs Assmann. Een eerste kennismaking in januari 2019, gevolgd door een definitief ontwerp in juli 2019 om vervolgens in maart 2020 het werk op te kunnen leveren. In het proces van Beeldende Kunst opdrachten ligt er een grote verantwoordelijkheid bij de kunstenaar, voor het ontwerp maar ook voor de uitvoering van het werk, de risico- en budgetbeheersing en de planning. 

De hoge druk waaronder het werk van Assmann tot stand kwam, neemt niet weg dat de rol van het Rijksvastgoedbedrijf als opdrachtgever en het EMA als gebruiker bij de totstandkoming van het werk groot is geweest. Assmann won de selectie begin 2019 niet met een uitgewerkt idee, maar met een procesvoorstel. ‘Ik heb eigenlijk samen met hen de opdracht geformuleerd’, zo vertelt hij me. Assmann stelde voor om vijf denkrichtingen te presenteren, denkrichtingen die hem allen even lief zouden zijn, om vervolgens vanuit een dialoog tot een keuze te komen. Die vijf denkrichtingen werden uiteindelijk 18 schetsideeën. Uit het open gesprek ontstond het uiteindelijke idee waarin het EMA unaniem was in haar voorkeur: het beeld van de balancerende knoop; een zorgvuldig in elkaar gekrulde buis van staal,  54 meter lang, 9 meter hoog, balancerend op een raakvlak met het maaiveld van nog geen 30 centimeter. Bij elkaar 9000 kilo spiegelend edelstaal, een geavanceerde legering met een bijzondere rijkdom in verschillende texturen waarmee het werk steeds op verschillende manieren de omgeving weerkaatst en het zonlicht reflecteert.  

In het inrichtingsplan van Okra landschapsarchitecten was de positie en de rol het kunstwerk als volgt omschreven: ‘Aanduiding van de identiteit van de gebruiker zonder prominent naamgeving op de gevel en/of in de buitenruimte voor het gebouw’. Het object diende bij te dragen aan way finding. Het oorspronkelijke kunstwerk, opgenomen in het landschapsontwerp, was een vrij letterlijke vertaling van het logo van het EMA: een 3D vertaling van een kom met een vijzel. Assmann heeft de identiteit van het EMA vrijer opgepakt. Op een associatieve manier verwijst het Pendulum naar moleculaire-, eiwit- en enzymstructuren maar het toont net zo goed de transparantie en onkreukbaarheid die essentieel zijn bij de uitstraling van het machtige agentschap. Tegelijkertijd zou je in de balanceer-act ook de precaire positie van het instituut kunnen lezen, zoekend naar een evenwicht in de dynamiek van regelgeving, Europees beleid en de vrije markt.

De ideale opdracht(gever)?

De verhouding van het EMA als gebruiker en het Rijksvastgoedbedrijf als opdrachtgever is bijzonder, in de zin dat het EMA de randvoorwaarden bepaalden – denk aan de hoge eisen met betrekking tot veiligheid in en rondom het gebouw – en met hun unanieme keuze voor het uiteindelijke idee sturend waren terwijl het Rijksvastgoedbedrijf veel meer als partner opereerde, zowel praktisch als ook inhoudelijk. Assmann gelooft dat een kunstwerk beter wordt wanneer je de dialoog aangaat en daarin open blijft. Onderschat je publiek niet, vertelt hij, mensen kunnen zelf heel goed kijken, je kunt ze verantwoordelijkheid geven om keuzes te maken en vaak kiezen ze radicaler dan je misschien zelf voor ogen zou hebben. Dat in die intensieve betrokkenheid de autonomie van de kunstenaar onder drukt komt, gelooft hij niet. Hij refereert naar een anekdote die Gijs Frieling – als lid van de kunstadviescommissie en belangrijk sparringpartner in dit project – vaak gebruikt: toen El Greco in de zestiende eeuw opdracht kreeg voor een belangrijk altaarstuk in de Kathedraal van Toledo hoorde daar een contract bij waarin in meer dan 20 pagina’s precies beschreven stond wat de beroemde renaissance kunstenaar moest verbeelden. Die intensieve bemoeienis van de opdrachtgever leidde tot een schilderij wat bijna vijfhonderd jaar later nog steeds als een van de hoogtepunten van de kunstgeschiedenis wordt gezien. Maak je opdrachtgever mede schepper van het beeld, zo stelt Assmann, dan landt het werk ook beter op zijn plek. En je hebt draagvlak tot aan de voordeur.