Gijs Assmann: Schijnbare tegenstellingen die toch een soort eenheid vormen

7 sep 2020

 Gijs Assmann: Schijnbare tegenstellingen die toch een soort eenheid vormen

 Piet Augestijn in GLAS 20/3 

OP 28 MAART 2020 WERD BIJ HET HOOFDKANTOOR VAN HET EUROPEES MEDICIJN AGENTSCHAP (EMA) AAN DE DOMENICO SCARLATTILAAN IN AMSTERDAM HET ROESTVRIJSTALEN BEELD PENDULUM VAN GIJS ASSMANN GEPLAATST. IN KRAP ACHT MAANDEN WERD HET NEGEN METER HOGE BEELD GEPRODUCEERD BIJ SCHMEES ART IN PIRNA BIJ DRESDEN (DE). DE SCULPTUUR LIJKT DYNAMIEK EN VRIJHEID UIT TE STRALEN EN ABSORBEERT EN WEERSPIEGELT DE GEBOUWDE OMGEVING DOOR HET HOOGGEPOLIJSTE OPPERVLAK VAN DE HUID. DAARMEE REFEREERT HET MATERIAAL AAN GLAS, EEN ANDER MATERIAAL DAT ASSMANN IN ZIJN BEELDEN HANTEERT.

“Het beeld is een voortzetting van een eerder gestarte ontwikkeling van versobering in mijn werk”, zegt Gijs Assmann over het beeld. “Deze beweging werd gesterkt door de ervaring na een aantal operaties waarbij een tumor uit mijn lichaam werd verwijderd. Daarna waren er momenten dat de pijn zo hevig was dat ik vrede had met de gedachte het leven los te laten en mijn lichaam op afstand te kunnen zetten. Een gedachte als een existentiële waterscheiding, besefte ik later toen ik mijn draai in het dagelijks leven weer had teruggevonden. Het zoeken naar beeld, begrip en taal om de ervaring van het loslaten van het materiële, lijfelijke bestaan te vangen ligt aan de basis van Pendulum. Deze gewaarwording is vormgegeven met de traditionele thema's van de beeldhouwkunst: oppervlak, gewicht, balans, massa, volume, vorm, structuur, contour en zwaartekracht. Hoewel het beeld een langdurige fabricatie achter de rug heeft, ziet het eruit als een ballerina die moeiteloos op één been op spitzen balanceert. Pendulum is voor mij zo ook een ex-voto, als dank voor teruggekregen gezondheid en een getuigenis van vrijheid en kracht. Het toont enerzijds ontvankelijkheid maar tegelijkertijd ook kracht en energie.”

“Het belangrijkste uitgangspunt voor het ontwerp van Pendulum was het idee om de dynamische en veelzijdige identiteit van dit agentschap op een eigentijdse manier te visualiseren. Om dit te bereiken, verwijs ik naar moleculaire structuren, enzymstructuren of eiwitstructuren. Fundamentele en klinische kennis is essentieel voor de ontwikkeling van nieuwe en baanbrekende geneesmiddelen. Eiwitten spelen een belangrijke rol in de vele complexe processen in het menselijk lichaam. Ik heb deze structuren op een lichte, speelse en associatieve manier gebruikt in het ontwerp voor het beeld, dat zo als een symbool voor de identiteit van EMA zou kunnen dienen.”   

Ideeëngenerator

De opdracht voor het beeld kwam van de Rijksgebouwendienst die Assmann in staat stelde zich uitgebreid met het realiseren van het kunstwerk bezig te houden. Hij stelde een scala aan ontwerpen (18 voorstellen in vijf denkrichtingen) voor, besprak uitvoering de realisatie met de leden van de kunstcommissie en is van mening dat er ondanks de inspraak een echte ‘Assmann’ is ontstaan. “Ik voelde me eerder een beeld- dan een ideeëngenerator, iemand die ideeën kan omzetten in iets wat beeldend interessant is. Ik geloof dat het voor de kunst beter is om te overleggen, om draagvlak te creëren, maar vooral om de opdrachtgever inhoudelijk te betrekken bij de opdracht. Een gemeenschappelijk opgestelde opdrachtomschrijving en het collectief bespreken van ideeschetsen maakt dat het werk bovendien vaak scherper. De kunstenaar heeft een rol om in dat proces de verbindingen te leggen en uiteindelijk met een eindvoorstel te komen. Het beeld voor EMA probeert de dynamiek te vangen van het bedrijf waarin alle Europese lidstaten overleggen over toezicht op de kwaliteit van geneesmiddelen voor mens en dier binnen de EU waarin nanotechnologie een belangrijke rol speelt. Alle beeldhouwkunstige elementen die je in mijn autonome werk ziet, zoals stapeling, evenwicht, gewicht, balans en andere komen in dit werk bij elkaar. Autonoom en opdrachtenwerk moet naadloos in elkaar overgaan, zowel inhoudelijk als technisch. Het liefst maak ik iets wat ik nog niet eerder heb gedaan.”

“Het negen ton beeld is zo ontworpen dat het gemonteerd kon worden op een voet van 21 bij 43 centimeter. Daardoor lijkt het alsof het net boven de grond zweeft. Dit is mogelijk doordat het beeld zichzelf overeind kan houden. Daartoe is de onderste tweeëneenhalve meter van de compositie massief gegoten en naar boven toe lichter gemaakt door een kleinere diameter die ook steeds net iets holler is gegoten. Na het gieten van de 17 delen is de relatief poreuze buitenste halve centimeter van het hele oppervlakte weggeslepen. Nadat alle delen met bouten aan elkaar gemonteerd zijn is het beeld tot één geheel gelast. De huid is daarna over de volledige vierenvijftig meter buis met slijpers gevormd in een structuur die doet denken aan die van oud glas. Het hele oppervlak is vervolgens in vijfduizend manuur glad gepolijst zodat het beeld een spiegelend oppervlak heeft. De spiegeling van het oppervlak is niet mathematisch strak, maar heeft eerder de uitstraling van stromend water. De combinatie van de slingerende contour, de ronde buis en het reflecterende oppervlak zorgt ervoor dat de omgeving vertekend weerspiegelt in de sculptuur. Het beeld lijkt zich zo over te geven aan zijn omgeving.”

“Als beeldhouwer ben ik geïnteresseerd in de invloed van en de manier waarop een beeld ‘in balans’ is. Deze compositie lijkt – als stilleven  ̶  de zwaartekracht te tarten en een evenwichtstoestand tussen tegengestelde krachten te visualiseren. Een beeld dat een vorm heeft zonder begin of einde, die de ambivalente aard der dingen toont in een wereld die aan voortdurende verandering onderhevig is.”

Glas

Één van de redenen om Assmann op de shortlist voor de opdracht te plaatsen was de kunsttoepassing Bodem Prisma’s voor het hoofdkantoor van BP in de Rotterdamse haven in 2011. De entree van het gebouw ligt deels verborgen in een aarden wal, de zijde naar de raffinaderij is uitgevoerd in een houtstructuur die verwijst naar aardlagen. Het is alsof de aarde opengeschoven wordt om de schatten, die zich erin bevinden, te tonen. Nieuwsgierig en verbaasd kijken we dan de aardlagen in, die zich aftekenen in de houten wanden van het atrium. Door de vorm en de plaatsing op verschillende hoogten zien we glazen elementen in de ruimte zweven; druppels die zich, ongevoelig voor onze ideeën over tijd en tijdelijkheid, onmerkbaar voor de menselijke waarneming, een weg naar beneden zoeken. De druppels zoeken zich als het ware een weg door de aarde en symboliseren de omvorming van oorspronkelijke naar nieuwe grondstoffen. Onder invloed van de processen in de aarde vormt zich een nieuwe materie: olie. Het is een langzaam en dus ook moeilijk en breekbaar proces: er kan op elk moment iets misgaan – vandaar het glas  ̶  maar toch gaat het proces door, niet gehinderd door menselijk handelen. Daarom ook zijn de glazen druppels bevestigd aan een materialen met eeuwige waarde als brons, of beter gezegd: verbronsd hout. Als de zon door het dak van het atrium schijnt, schuiven, met de beweging van de zon mee, de door de zon op de vloer en muur geprojecteerde kleuren van het glas over elkaar heen. En dan zien we kleuren die deel uitmaken van het spectrum zoals wij dat ook kunnen zien in bijvoorbeeld een druppeltje olie op een plasje water. Ook zien we ook de vogels die kleurrijk en kwetsbaar rond de druppels zitten. Een andere verschijningsvorm van de natuur: niet aan plaats gebonden, kunnen zij opstijgen van de aarde en zelf hun weg kiezen. Tegenover het trage proces dat zich in de aarde afspeelt, symboliseren zij de vluchtigheid van ons bestaan.

De opdracht voor BP betekende voor Assmann tevens een toevoeging aan zijn materiaalgebruik. Hij ging geblazen elementen combineren met andere materialen als hout, keramiek, textiel, staal, gevonden voorwerpen en opgezette vogels. Hoewel zijn beeldtaal niet veel veranderde, zorgden de amorfe glazen elementen een soort contrast met de meer gedetailleerde keramische figuren. Glas had ook in Amsterdam de eerste voorkeur, maar omdat het beeld in de buitenruimte geplaatst moest worden is een glasachtige vertaling gevonden in het hooggepolijste rvs.

Facts of life

Gijs Assmann maakt tekeningen, collages, sculpturen, ruimtelijke installaties en beelden voor de openbare ruimte waarin hij zijn verbondenheid laat zien met de menselijke emoties en de ‘facts of life’: indringend, ontwapenend, confronterend, persoonlijk en oprecht. De glazen hoofden tonen kwetsbaarheid en zijn kleurrijk en amorf. Hij gebruikt vaak stereotype figuren als Sneeuwwitje, Assepoesteer, Popeye en Olijfje om uit te drukken wat hij met een persoonlijk wil zeggen.

Ode aan Mandela II (2015) is een dubbelportret dat is opgebouwd uit een samengesmolten mannelijke en vrouwelijk torso. Verticaal een geabstraheerde man (met het portret van Popeye), horizontaal een geabstraheerde vrouw (met het portret van Olijfje). De vrouw doorboort de man door zijn buik, waarbij haar onderlichaam aan zijn voorzijde uitsteekt en haar bovenzijde uit zijn rug steekt. De ledematen van de beide figuren steken zoveel mogelijk verschillende kanten op. De twee lichamen moeten de indruk wekken op een natuurlijke manier één nieuw lichaam te hebben gevormd. Slechts in verbondenheid met de ander zijn we in staat het ware geluk te vinden, met alle tekortkomingen die daarbij horen. Een nieuw figuur vol mededogen: indringend, ontwapenend, persoonlijk, confronterend en oprecht.

Vanitas

Vanitas is het Latijnse woord voor ijdelheid en ook een thema in de kunst, met name in de 17e-eeuwse Nederlandse hyperrealistisch geschilderde stillevens. Hierop stonden allerlei voorwerpen uit de directe leefomgeving afgebeeld die symbool staan voor verschillende aspecten van het leven en de eindigheid van aardse zaken. Deze schilderijen – met een religieuze oorsprong  ̶  zijn op te vatten als een herinnering aan de betrekkelijkheid en eindigheid van het aardse. “Elk werk uit de serie 'vanitas-beelden' is opgedragen aan een vriend of kennis en is op te vatten als portret van deze persoon, gemaakt met de middelen van een stilleven. Ik probeer hiermee aan die persoon kenbaar te maken dat alles vergankelijk is en tegelijkertijd een herinnering aan die persoon te fixeren.”

Het beeld Vanitas (voor Folkert V.) uit 2012 is opgedragen aan Folkert van Hagen. “Hij was mijn grote inspirator en muze bij het realiseren van het beeld Bodem Prisma’s in het atrium van het hoofdkantoor van BP in Europoort. Het Rotterdams architectenbureau waaraan hij verbonden is, is verantwoordelijk voor het ontwerp van dit gebouw. In het Vanitas- beeld komen enkele elementen voor die refereren naar Bodem Prisma’s, zoals de in brons gegoten boomstam, geblazen glas en een opgezette vogel. Op de rode omgekeerde kegel staat een geborduurde tekstregel uit een nummer van Johnny Cash, Down by the green river where Paradise lay. Het beeld poogt Folkert te portretteren als een optimist die het vermogen heeft mensen te verbinden en die het onmogelijke mogelijk kan maken door pragmatisch doorzetten en handelen. Dat dit een zeldzame en wankele kwaliteit verbeeldt, blijkt uit de haast onmogelijke compositie van op elkaar balancerende jeu de boules ballen en de omgekeerde glazen kegel.”

Thematiek

De thematiek in het werk van Gijs Assmann kan teruggebracht worden tot stilleven, landschap, portret en ruiterstandbeeld. Hij wil klassieke thema’s vertalen naar hedendaagse beelden en komt met het vaak geforceerd samenbrengen van ogenschijnlijk tegenstrijdige elementen tot intrigerende beelden die een beroep doen op de acceptie van de kijker. Hij creëert onnatuurlijk situaties door het stapelen van wezensvreemde elementen, maar die uiteindelijk natuurlijk uitstraling hebben. “Zoals ik het leven ervaar: schijnbare tegenstellingen die toch een soort eenheid vormen.”

In november wordt bij het LUMC, het Leids Universitair Medisch Centrum in Leiden, een nieuw beeld van Gijs Assmann onthuld.

Gijs Assmann (Roosendaal, 1966 gijsass@xs4all.nl www.gijsassmann.com | Assmann studeerde aan de AKI in Enschede (1985-1990) en was artist in residence aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam (1991-1993) en het EKWC in ’s-Hertogenbosch en Oisterwijk (1995, 1997 en 2018). Sinds 1999 vervult hij verschillende functies in het kunstonderwijs waaronder het coördinatorschap van de Afdeling Keramiek van de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam, als tutor Materiality & Humanity aan de afdeling BEAR Fine Arts van ArtEZ Arnhem en als mentor aan de Masters Contextual Design van de Design Academy Eindhoven.